Wat gebeurt er bij slijpen van glas en keramiek?
Slijpen, met vaste korrels, en leppen, met losse korrels, zijn processen die zich in een waternevel afspelen en weinig toegankelijk lijken op een werkplaatsmachine Toch is het mogelijk enige systematiek in dit bewerken te brengen, door onder reproduceerbare omstandigheden te meten. Men vindt dan een verband tussen de materiaalafname, de krachtcomponenten en de snelheid van het slijpwiel. Een grootheid die dit verband karakteriseert, is de specifieke energie. Het microscopische model voor slijpen en leppen is de eenpunts kras. Met een goed gedefinieerde diamantpyramide bepaalt men de relatie tussen de vorm van de punt en de kracht nodig voor vorming van een groef. Ook hier kan men de specifieke energie bepalen en voor vergelijking met het slijpexperiment gebruiken. De beschadiging van het oppervlak kan men in verband brengen met de Vickers hardheid en de scheurfactor. Tevens geeft dit krassen een inzicht in de zwakke plekken van het materiaal.